De eerste twee gouden medailles gaan net als vorig jaar naar China. Zowel de jongens als de meisjes wisten in de finale hun favorietenrol waar te maken tegen Japan.
Grote afwezige bij de jongens was regerend juniorenkampioen Fen Zhen Dong, die momenteel furore maakt bij de volwassenen. Hij moest – ondanks zijn leeftijd – plaats maken voor andere talenten. Die kregen met Japan een zware tegenstander in de finale, maar konden met 3-2 alsnog aan het langste eind trekken. Frankrijk en Polen hielden de Europese eer hoog bij de jongens door de halve finales te bereiken. Polen stuntte daarvoor door Zuid-Korea – nummer vier op de plaatsingslijst – in de kwartfinale uit te schakelen.
Bij de meisjes zorgde Roemenië voor de verrassing door zich als nummer zes te plaatsen voor de halve finales. Daarin moest het echter logisch haar meerdere erkennen in China, dat nadien ook tegen Japan geen punt liet liggen. Japan had in de halve finales wel alle moeite om Hong Kong van een finaleplaats te houden.