Zuid-Koreanen sterkste bij debuut in eigen land
Seoul 1988 was een keerpunt voor het tafeltennis. Onze sport was voor het eerst vertegenwoordigd op de Olympische Spelen.
Het thuisvoordeel woog uiteindelijk zwaar door voor de Zuid-Koreanen, die tijdens de eerste editie maar liefst vier medailles wisten te veroveren. Daarbij het goud én het zilver bij de heren in het enkelspel. Grootmacht China deed uiteindelijk toch beter met vijf medailles, waaronder het volledige podium bij de dames in het enkelspel. Het toenmalige Joegoslavië (twee) en Zweden (een) vervolledigen het rijtje van vier landen die uit Seoul terugkeerden met eremetaal.
De competitie bestond toen uit een reeks enkelspel (64 heren uit 35 landen; 64 dames uit 23 landen) en een reeks dubbelspel (48 herenduo's uit 28 landen; 32 damesduo's uit 16 landen). De competitie startte met poules van zes teams (dames enkelspel) of acht teams (alle andere reeksen).
Nederland werd toen vertegenwoordigd door Bettine Vriesekoop en Mirjam Kloppenburg. Vriesekoop veroverde toen een zevende plaats in het enkelspel en, samen met Kloppenburg, het dubbelspel. Kloppenburg presteerde goed met een 3-2 winst tegen haar Hongaarse groepsfavoriet Csilla Bartofi, maar een 2-3 nederlaag tegen thuisspeelster Hong Cha-ok belemmerde haar weg naar de 1/8ste finales.
{tab=Heren Enkel}
- Yoo Nam-Kyu (KOR)
- Kim Ki-Taik (KOR)
- Erik Lindh (SWE)
{tab=Heren Dubbel}
- Chen Longcan/Wei Qingguang (CHN)
- Ilija Lupulesku/Zoran Primorac (YUG)
- Ahn Jae-Hyung / Yoo Nam-Kyu (KOR)
{tab=Dames Enkel}
- Chen Jing (CHN)
- Li Huifen (CHN)
- Jiao Zhimin (CHN)
{tab=Dames Dubbel}
- Hyun Hung-Hwa / Yang Young-Ja (KOR)
- Chen Jing / Jiao Zhimin (CHN)
- Jasna Fazlic / Gordana Perkucin (YUG)
{/tabs}