Tafeltennis.nu

De meisjes junioren ploeg voor de EJK bestaat uit 4 speelsters, zo is recent bekendgemaakt, waarbij de desbetreffende bondscoach moeilijke keuzes heeft moeten maken wie hij meeneemt en thuislaat. De vraag is of die keuzes allemaal goed onderbouwd en verdedigbaar zijn.

Uiteraard had dit geen betrekking op Angelique Gertenbach want die is het afgelopen jaar veruit de sterkste bij de meisjes junioren en heeft ook bij internationale toernooien het een en ander laten zien. Zij is een onomstreden keuze. Maar voor de overige 3 plaatsen kwamen 5 van de 8 meisjes die lid zijn van de NTTB-junioren-selectie in aanmerking te weten Melissa Bours, Amber v.d. Velde, Melanie Bierdrager, Tanja Helle (alle vier 3e jaars junioren) en Vera van Boheemen (1e jaars juniore). De andere drie zijn Angelique Gertenbach, Lynn v.d. Elsen en Simone Broersen, waarbij Angelique dus al zeker was en Lynn haar ambities naar beneden heeft bijgesteld en Simone niet voldoende heeft laten zien in vergelijking met de anderen.

Dat de bondscoach, Marcel Kraa, gekozen heeft voor Melanie, Vera en Tanja (zie een vorig artikel) en dus Melissa (in het midden op de hoogste trede op de foto, NJM-finales) en Amber (rechts op de foto) thuis laat, heeft in het kamp van de laatste 2 heftige reacties teweeg gebracht. Daarom hieronder een nadere analyse van de prestaties van deze vijf meisjes en een beknopte nadere toelichting van de bondscoach over de ongetwijfeld moeilijke keuzes die hij heeft gemaakt.

Bekijken we eerst de prestaties bij de Nederlandse toernooien, met name de 2 A-ranglijsttoernooien, het NJK en de NJM-finales, waarbij de laatste 2 de meest recente zijn en de meeste sportieve waarde hebben. In de tabel hieronder staan de klasseringen van de vijf jongedames bij deze toernooien:

  NJM-finales NJK A-toernooi A-toernooi
  eind mei april maart november
Melanie 3e 1/4 finale 5e 4e
Tanja 5e 1/4 finale 3e 3e
Vera x 1/4 finale 4e 5e
Melissa 1e 1/2 finale 6e 7e
Amber 2e finale x 6e

Hieruit is te concluderen dat Melissa en Amber bij de laatste 2 toernooien, de NJM-finales en het NJK de betere prestatie hebben neergezet van de vijf maar dat Melissa bij de eerdere A-toernooien juist iets minder was en dat geldt in mindere mate voor Amber. De andere drie zaten bij alle vier de toernooien minimaal bij de beste vijf / gedeeld beste 5 maar hadden geen uitschieters hoger dan een derde plaats. Dit beeld lijkt licht in het voordeel van Melissa en Amber. Een vergelijking van de resultaten van de 5 bij het dames senioren NK verandert dit beeld niet, omdat ze er daar allemaal in de 1e ronde uit gingen.

Dan is ook een vergelijking van de competitieresultaten mogelijk, omdat alle vijf in de dames eredivisie hebben gespeeld maar de percentages zijn eigenlijk sec geen goede indicatie omdat ze gebaseerd zijn op relatief weinig wedstrijden en de tegenstanders van zeer verschillend niveau kunnen zijn geweest omdat de meeste eredivisieteams 4 of 5 of zelfs 6 teamleden hebben waarvan er ieder duel maar 3 spelen en die drie spelen dan maar 2 enkelspelen. Het voert hier te ver om de individuele wedstrijden in de competitie te gaan vergelijken. Voor wat het waard is zijn de competitiepercentages in de lentecompetitie poulefase als volgt: Melissa 63%, Amber 50%, Tanja 44%, Vera 33%, Melanie 25%. Eenvoudiger en objectiever is het dan om te kijken naar de posities van de meisjes op de dames senioren ranglijst, waarin alle competitiewedstrijden met de goede gewichtsfactoren zijn verwerkt.
Op de ranglijst van 1 juni 2015 staan de 5 juniores op de volgende posities:
20e Melissa
22e Amber
24e Vera
27e Melanie
28e Tanja
Ook deze vergelijking valt in het voordeel van Melissa en ook Amber uit, vooral ten opzichte van Melanie en Tanja.

Wat bij de bondscoach nog meegespeeld zal hebben bij zijn keuze is hoeveel internationale ervaring de vijf hebben en wat de internationale prestaties zijn. Het is lastig om hier een volledig overzicht te geven maar met het risico dingen over het hoofd te zien kan het volgende gezegd worden. Melanie is al jaren vast keus voor EJK's en heeft van de vijf de meeste ervaring. Zij presteerde onlangs bij de Franse Junior Open opvallend goed met plaatsing voor het hoofdtoernooi en winst op sterkere speelsters. Ook Vera heeft relatief al veel internationale ervaring maar heeft als 1e jaars juniore nog weinig op junioren niveau gespeeld. Melissa heeft in het verleden 2 EJK's gespeeld maar was vorig jaar niet van de partij en heeft recent ook geen internationale ITTF-toernooien gespeeld. Amber heeft in het verleden 1x een EJK gespeeld en Tanja heeft nog geen EJK's gespeeld en ook recent geen internationale toernooien.

Wat betreft spelsysteem heeft Vera een puur verdedigend systeem wat haar in Nederland wellicht een extra voordeel geeft maar internationaal niet tot nauwelijks. Melissa is als enige linkshandig en dit zal haar zowel in Nederland als internationaal wat lastiger maken om tegen te spelen. Als de bondscoach dit al meegewogen heeft bij zijn keuze dan heeft Vera hierbij dus wellicht zelfs een nadeel gehad, maar waarschijnlijk heeft het niet meegespeeld. Behalve Vera zijn de andere vier allemaal aanvalsters waarbij de een marginaal meer of minder risicovol of afwachtend speelt dan de andere.

Dan is tenslotte de leeftijd nog van belang. Er is wat voor te zeggen om bij de jeugd bij ongeveer gelijk niveau de jongere speelster te kiezen omdat die de volgende jaren zeer waarschijnlijk nog zal groeien in niveau en het meeste profiteert van de extra ervaring van een EJK tijdens haar resterende jeugdperiode. Dit zal dus in het voordeel van Vera hebben gespeeld omdat zij 2 jaar jonger is dan de andere 4.

Op basis van deze punten zal de bondscoach zijn afweging hebben gemaakt. Desgevraagd geeft Marcel Kraa de volgende beknopte toelichting: "Twee speelsters gaan via de puntenlijst (zie topsportstatuut) die gebaseerd is op resultaten. Angelique Gertenbach en Melanie Bierdrager hebben zich via de puntenlijst geplaatst. Mijn wijze van selecteren is hetzelfde als voorgaande jaren. De andere plekken zijn aanwijsplekken. Voor de andere plekken heb ik gekozen voor Vera van Boheemen en Tanja Helle. Vera, gezien zij 1ste jaars is en een afwijkend spelsysteem (verdediging) heeft wat het internationaal goed doet. Tanja, vanwege haar (topsport)mentaliteit en spelsysteem. Deze keuzes zijn derhalve gebaseerd op perspectief, spelsysteem en gedrag".

Dat Marcel hier expliciet zegt grote waarde aan het spelsysteem te hechten, lijkt erg betwistbaar, omdat internationaal alle speelsters alle voorkomende spelsystemen kennen. Het vermoeden dat Vera als 1e jaars een streepje voor heeft gehad tov de andere kandidates, die derde jaars zijn, wordt door Marcel bevestigd. Tenslotte is het opvallend dat hij Tanja dus een betere topsportmentaliteit en beter gedrag toedicht dan Melissa en Amber en dit zwaarder heeft laten wegen dan de objectief gezien betere resultaten, vooral de laatste maanden, van Melissa en Amber, en de grotere internationale ervaring van Melissa en Amber.
Dat vooral Melissa, en in minder mate Amber, zich hierbij niet goed voelt is logisch. En dat Melissa aangeeft geen gedetailleerde inhoudelijke toelichting van de bondscoach voor haar niet-selectie te hebben gehad, terwijl ze op grond van puur haar prestaties wel voor een selectie in aanmerking kwam, is een verbeterpuntje voor de bondscoach.

De bondscoach heeft het zichzelf met zijn motivatie niet makkelijker gemaakt, want begrippen als topsportmentaliteit en gedrag zijn moeilijk meetbare zaken en de vraag kan terecht gesteld worden of niet de prestaties en resultaten doorslaggevend moeten zijn, want daar draait het om in de topsport.