In een interview in het tijdschrift Helden vertelt Li Jiao openhartig over haar leven en haar tafeltennis.
Hieronder enkele citaten uit dit artikel:
"Op de Europese Spelen in Bakoe afgelopen juni begon ik ook met twijfels, maar na de tweede ronde kreeg ik het gevoel dat ik goud ging winnen. Ik won met 4-0 van een heel moeilijke tegenstander en dacht: als ik haar kan verslaan, dan kan ik iedereen aan. Ik was in absolute topvorm; elke slag was raak, ik voorvoelde waar de bal ging komen en las de gedachten van mijn tegenstanders. Ik was zó sterk, dat voelde heerlijk."
"Ondanks dit succes twijfel ik niet over mijn besluit om volgend jaar na de Olympische Spelen te stoppen. De motivatie voor de grote toernooien is nog steeds groot, maar het kost me zoveel discipline om op mijn voeding te blijven letten en telkens te herstellen van vermoeiende wedstrijden. Na Rio is het mooi geweest. En als ik stop, dan is het ook klaar. Ik ga geen comeback maken, dat past niet bij me.”
"Vroeger kon ik achter elkaar zes uur op een dag trainen. Als ik nu zes uur achter de tafel sta, moet ik daar de volgende dag echt van herstellen. Ha, de fysiotherapeut is in de loop der jaren steeds belangrijker voor me geworden."
"Ik zie mijn familie alleen tijdens vakanties. Toch heb ik er geen spijt van dat ik ooit naar Nederland ben gekomen. Ik heb er destijds met mijn volle verstand voor gekozen en heb met onder meer twee Europese titels ook iets weten te bereiken. Als ik in mijn geboorteland was gebleven, was mijn sportcarrière nu allang voorbij geweest, omdat ik niet goed genoeg was voor het niveau daar."
"Mijn Chinese achtergrond zal ik nooit kwijtraken, maar ik denk en praat op de Hollandse manier. Kaas en pindakaas vind ik heerlijk, net als Hollandse groenten. Ik ben volledig ingeburgerd.”
“Mijn zelfverzekerdheid. Dat is een stuk toegenomen na alles wat ik de afgelopen jaren heb meegemaakt. In 2009 is mijn man overleden. Hij besloot uit het leven te stappen en dat heeft me heel veel pijn gedaan. Het was een donkere periode. Ik had medelijden met mezelf, vond dat ik een zielige vrouw was en besloot me volledig op het tafeltennis te storten. ................. De sport heeft me heel erg geholpen in het verwerkingsproces. Ik heb veel steun gehad van de tafeltennisbond en aan gesprekken met vrienden en collega’s. Het was een heel proces waarbij ik me van binnen steeds wat gezonder ging voelen. Eind 2013 merkte ik dat ik weer kon lachen. Ik denk nog steeds vaak aan mijn man, maar niet meer met een gevoel van pijn."
"Inmiddels heb ik ook weer het geluk in de liefde gevonden. Mijn vriend woont in China. Ik ken hem al sinds mijn veertiende, maar we hadden elkaar 25 jaar niet gezien. We hebben een langeafstandsrelatie en zullen zien hoe het de komende jaren gaat lopen. Ik ben blij dat ik weer iemand heb die volledig achter me staat.”
"Voor het zwarte gat na Rio heb ik geen angst. De bond, waar ik goed mee samenwerk, wil mijn kennis graag gebruiken en ik vind het mooi om mijn ervaringen te delen. Daarom ben ik na de Spelen van Londen al begonnen met het trainen en begeleiden van Nederlandse tafeltennissers, jongens van rond de twintig die aan het begin van hun carrière staan. Ik wil talenten beter en sterker maken, niet alleen als sporter maar ook als mens."
"In Bakoe wonnen Jie, Britt en ik tijdens ons eerste grote evenement zilver. We zijn op de goede weg, groeien steeds meer naar elkaar toe, maar het kan zeker nog beter. Komend jaar gaan we daar hard aan werken. Ik geloof erin dat we in Rio iedereen kunnen verslaan. Behalve China, zo reëel moeten we wel zijn."
"........Jie natuurlijk. We hebben samen zoveel meegemaakt, ook privé. Onze band is bijzonder, ik zie haar als een zusje.”
Het volledige artikel is te lezen in Helden dinsdag 27 oktober 2015 of via deze link